Deniece Wildschut

Akshaya

Ze liet haar voetsporen achter, simpelweg omdat ze die onmogelijk kon meenemen. Liever had ze ze uitgewist, na elke stap opnieuw, want dan zou haar aanwezigheid altijd onopgemerkt blijven. Akshaya vervolgde haar weg over de bebladerde paden. In de verte nam ze een kudde schapen waar. Nieuwsgierig liep ze ernaartoe en bekeek de eigenaardige beesten, die haar subtiel en toch nauwlettend in de gaten hielden. Akshaya telde drie lammetjes, die had ze nog niet eerder gezien. De kwetsbare beestjes lagen in het gras en bewogen nauwelijks.
In de verte liepen twee mannen. Eén van hen floot hard en er dook een hondje op dat in volle vaart de schapen opzocht. De kudde mekkerde afkeurend, maar kwam desondanks in beweging. Akshaya keek ademloos toe. Het hondje rende om de schapen heen en dreef ze zonder enige moeite naar de andere kant van het veld. Het was prachtig om te zien hoe ze zich als een imposante eenheid over het grasveld bewogen. De schapen werden kleiner en kleiner. Akshaya stond op en volgde de bomen en bladeren, de geur van de aarde en het gefluit van de vele vogels in de omgeving. Ze voelde zich hier zo thuis, dat vertrekken altijd een naar gevoel met zich meebracht. Ze speelde met een grassprietje tussen haar vingers en liet het toen los, om het achter te laten waar het hoorde. Daar waar ook zij hoorde. Daar waar ze wel voor eeuwig zou willen zijn.
Ze liet haar voetsporen achter, simpelweg omdat ze die onmogelijk mee kon nemen, maar liever had ze ze uitgewist… na elke stap opnieuw. Dan zou haar aanwezigheid altijd onopgemerkt blijven, zou niemand weten dat ze hier was… en zou ze hier altijd kunnen blijven.
Veilig. Verborgen. Onopgemerkt.

Verder Bericht

Vorige Bericht

© 2024 Deniece Wildschut

Thema door Anders Norén